fr
de
it
en
es
nl
 Bezoeker Anoniem 
Homepage
Databank
 - 
Voorstelling databank
 - 
Overeenkomst
  Waarnemingen
    - 
Jaaroverzicht
  Galerijen
    - 
Alle foto's
  Gebruiksstatistieken
Telposten
Bronnen en links
Mission Migration
Onze partners
Col de l'Escrinet - Saint-Étienne-de-Boulogne, Ardèche (07)
Telpost
Grafieken
Nieuws
Jaarrapporten
Voorstelling van de telposten

Toon:
https://cdnfiles2.biolovision.net/www.migraction.net/pdffiles/news/small/EscrinetERousseau-9383.JPG
https://cdnfiles2.biolovision.net/www.migraction.net/pdffiles/news/small/Escrinet1-5402.jpg
Alle foto's

De natuurlijke omgeving van de telpost

Col de l'Escrinet, in het departement Ardèche, ligt op de grens van drie gemeenten: Saint-Etienne-de-Boulogne, Gourdon en Saint-Priest. Deze emblematische voorjaarstelpost is op Europees vlak gekend voor zijn geweldloos verzet tegen illegale jacht. Op 787 meter hoogte ligt hij in een depressie tussen de meer dan duizend meter hoge heuvels. Bij helder weer merken vogels die laagte vanop grote afstand op. Honderdduizenden vogels trekken elk voorjaar over de bergpas en de korte waarnemingsafstand zorgt vaak voor ideale waarnemingen. De bergpas is zuidwest/noordoost georiënteerd en vormt het eerste obstakel over 200 km. Dit verklaart gedeeltelijk waarom zoveel vogels precies hier overkomen. Daarenboven vormt het reliëf in het zuiden een trechter die uitmondt bij de bergpas. 

De telpost biedt een uitzicht over een hoek van ongeveer 120 °, hoofdzakelijk in zuidwestelijke richting. In het oosten wordt hij begrensd door kalkhellingen die de westflank van het basaltplateau van de Coiron afbakenen. Heel wat trekvogels volgen deze hellingen voordat zij over de telpost vliegen. In zuidwestelijke richting kijken we over de vlakte van Aubenas, op ongeveer 12 km afstand, met in de achtergrond de kalkplateaus van les Gras en de piémont cévenol, en nog verder, enkel zichtbaar bij mooi weer, de Mont Lozère. Meer naar het westen toe wordt het uitzicht belemmerd door verschillende bergmassieven van de Hautes Cévennes ardéchoises : Tanargue, Rocher d’Abraham…

Op col de l’Escrinet zelf, overheerst een open landschap het centraal gedeelte : weilanden met Heidebrem (Genista scorpius) of met opslag van Sleepruim en Meidoorn. De hellingen aan beide zijden zijn bedekt met dichtere heidegebieden, hakhoutbosjes met Hazelaar, en in de verte ook Zwarte Dennen. Een Beukenbos beslaat een aanzienlijk deel van de noordflank van de col.

Historiek

Sinds 1982, volgen natuurliefhebbers van de CORA de voorjaarstrek. In de jaren 1980 ging het hoofdzakelijk om een protestactie tegen de jacht op Houtduiven in maart, met als achterpoortje in de wetgeving de klassering als schadelijke diersoort, maar bovenal gericht tegen stroperij op andere soorten (op beschermde diersoorten zoals roofvogels of na de officiële sluiting van de jacht). Hoewel de Houtduif sinds 1991 niet langer als een schadelijke diersoort geklasseerd wordt in de Ardèche, blijven stropers Col de l’Escrinet (en soms andere plaatsen) bezetten. Ondanks het wettelijke verbod blijven de stropers in alle straffeloosheid jagen en een lakse overheid laat dit oogluikend toe. Wij vragen het herstel van de rechtstaat en wijzen lokale politici op hun rol en verantwoordelijkheid.

Ornithologisch belang, emblematische soorten

Op col de l’Escrinet kan voorjaarstrek waargenomen worden vanaf eind januari tot einde mei. Gemiddeld worden jaarlijks 120 vogelsoorten waargenomen. De stroom wordt overheerst door zangvogels, die met tienduizenden (of zelfs honderdduizenden) overtrekken. Vinkachtigen zijn het algemeenst. Jaarlijks tellen wij 100 tot 150 000 Vinken. Soms zijn er belangrijke trekgolven van Boerenzwaluwen (gemiddeld meer dan 30 000), Veldleeuweriken (doorgaans meer dan 10 000 per jaar), Spreeuwen (gemiddeld 15 000), Witte Kwikstaarten, Graspiepers, Rietgorzen of Boomleeuweriken. Ook Gierzwaluwen zijn talrijk (meer dan 15 000 per jaar). Als toemaatje worden af en toe Roodstuitzwaluwen, Buidelmezen, Rotskruipers en Sneeuwvinken gezien. Met meer dan 7 000 exemplaren per jaar zijn ook roofvogels goed vertegenwoordigd. Het aantal Visarenden is bijzonder (gemiddeld ca. 110 exemplaren met een maximum van 200). De talrijkste soorten zijn Zwarte Wouw (normaliter tussen 1 500 en 3 000), Wespendief (maximaal 3 780) en Buizerd (meer dan 1000 in goede jaren). Bruine Kiekendief is ook een talrijke doortrekker (met als jaarmaximum 700 exemplaren) alsook Torenvalk en Sperwer (gemiddeld meer dan 500 voor elke soort). De twee ooievaars zijn regelmatig maar de aantallen blijven beperkt tot enkele tientallen exemplaren. Aalscholver is dan weer heel wat talrijker (maximum 4354 in 2006). De meeste meeuwen zijn Kokmeeuwen met gemiddeled 1800 vogels. Hoewel col de l’Escrinet berucht is voor de stroperij van Houtduiven, trekken hier jaarlijks nauwelijks 10 000 duiven langs.

Kalender

Er wordt dagelijks geteld van eind januari tot eind mei (of dat proberen wij in ieder geval!).

Voornaamste soorten per maand:


 

  • Februari : Buizerd, Holenduif, Boom- en Veldleeuweriken, Koperwiek en Kramsvogel.

  • Maart : Aalscholver, Zwarte Ooievaar, Slangenarend, Zwarte Wouw, Sperwer, Houtduif, Witte Kwikstaart, Vink. 

  • April : Bruine Kiekendief, Visarend, Torenvalk, Boomvalk, Boompieper, Wielewaal, Kneu, Putter.

  • Mei : Wespendief, Zomertortel, Gierzwaluw.
     

Weers- en waarnemingsomstandigheden

De meeste vogels trekken over Col de l’Escrinet wanneer er een matige tot vrij sterk noordelijke wind staat, gedurende twee tot drie dagen. Dan zijn de waarnemingsomstandigheden optimaal: vogels volgen het reliëf en worden door de bergpas gestuwd. Dan vliegen zij ook laag. Bij een sterke mistral landen zangvogels vaak om de laatste meters "te poot" af te leggen. Het gebeurt wel eens dat roofvogels over de bergpas wandelen... Een nadeel is dat het in die omstandigheden ook behoorlijk koud kan zijn. Vooral de ochtenduren, wanneer de meeste zangvogels en duiven doortrekken zijn killig. Tegen het midden van de voormiddag warmt het geleidelijk op in de beschutting van het heuveltje waarop de telpost gelegen is. Wanneer het aangenaam wordt, komen zonnebrandolie en zonnebril goed van pas. Zelfs eind april kan het nog verrassend koud zijn; vergeet je warme kleren niet! Zuiderwind komt minder vaak voor en is vaak synoniem met zwakke trek. Toch brengt die wind vaak nattigheid mee en tussen de buien door kan toch wat trek voorkomen.

Onthaal

Er zijn dagelijkse tellingen vanaf eind januari tot eind mei. De vaste tellers zullen jullie dagelijks verwelkomen. Als voorbereiding kan het Collectif Escrinet gecontacteerd worden (zie onder).

Toegang

Col de l’Escrinet ligt ongeveer 18 km van Aubenas en 11 km van Privas. De telpost is gemakkelijk te vinden, want hij ligt langs de RN (Route Nationale) 304 tussen beide dorpen. Het waarnemingspunt ligt op een heuvel in het midden van de bergpas (rechts van de RN vanaf Aubenas, links vanaf Privas). Het terrein is in eigendom van het Franz Weber - fonds.
De meest nabijgelegen hoofdwegen volgen de Rhônevallei (RN 7, RN 86 en autosnelweg A7). Wie uit het zuiden komt, neemt de afrit Montélimar sud en vervolgens de richting Aubenas, le Puy ; wie uit het noorden komt, neemt de afrit Loriol, en volgt daarna Privas.
De Col is ook toegankelijk met het openbaar vervoer (trein en autobus van de SNCF of een andere maatschappij). Vanaf het station van Valence is er een verbinding (SNCF-bus) met Aubenas via Col de l’Escrinet. Vanaf het station van Montélimar is er een verbinding met Aubenas  en de mogelijkheid om een andere busdienst te nemen om te Col te bereiken. 


Eten en verblijf

Er zijn tal van mogelijkheden om in de regio van Aubenas of Privas te logeren (hotels, gîtes, kamers…). Dat geldt ook voor restaurants. Er is zelfs een herberg (Auberge du Col de l’Escrinet) op ongeveer 200 meter van de telpost.

Contact

LPO AuRA - Délégation de l'Ardèche
4 Bis rue de la Halle
07110 Largentière
Tél/Fax 04 75 35 55 90
Mail : ardeche@lpo.fr

or Col de l'Escrinet : escrinet@lpo.fr

Website : auvergne-rhone-alpes.lpo.fr

Visionature
VisioNature est un outil développé avec la collaboration du réseau LPO. Grâce aux technologies Internet, débutants, amateurs et professionnels naturalistes, peuvent partager en temps réel leur découverte et ainsi améliorer la connaissance et la protection de la faune

Biolovision Sàrl (Switzerland), 2003-2024